Faillissement vof betekent niet langer automatisch faillissement vennoten
maandag 2 maart 2015
Goed nieuws voor vennoten in een vennootschap onder firma (vof). Een faillissement van de vof betekent niet langer zonder meer het faillissement van de vennoten. De Hoge Raad is hiermee teruggekomen van eerdere vaste rechtspraak. Oorzaak van deze koerswijziging is een cassatieuitspraak van 6 februari 2015.
Een schuldeiser verzocht de rechtbank om een vof en haar vennoot failliet te verklaren. De rechtbank ging daarin mee en oordeelde conform het verzoek. De vennoot stelde hiertegen verzet in, wat door de rechtbank ongegrond werd verklaard. In hoger beroep eiste de vennoot dat alleen de faillietverklaring van hemzelf zou worden vernietigd. Het hof ging echter met het oordeel van de rechtbank mee.
De vennoot stapte met deze vonnissen naar de Hoge Raad (cassatie). Hij vond dat het onherroepelijk geworden vonnis tot faillietverklaring van de vof niet automatisch ook tot het faillissement van de vennoten zou moeten leiden. De Hoge Raad ging met zijn stelling mee. Een vof is niet meer en minder dan een bij overeenkomst aangegane rechtsverhouding, bedoeld om een bedrijf uit te oefenen onder een gemeenschappelijke naam en in een duurzaam samenwerkingsverband. De vof heeft een van de vermogens van de vennoten afgescheiden vermogen. Ook al heeft de vof geen rechtspersoonlijkheid, hij wordt in het maatschappelijk verkeer wel vaak gezien en behandeld als zelfstandig aan het rechtsverkeer deelnemend.
Wel zijn de vennoten hoofdelijk aansprakelijk voor verplichtingen die de vof aangaat. Schuldeisers kunnen daarom hun vorderingen ook op het privévermogen van de vennoten verhalen. Dat betekent dat een vof – alhoewel die geen rechtspersoonlijkheid heeft – toch als zodanig failliet kan worden verklaard. De Faillissementswet bepaalt slechts dat de aangifte tot faillietverklaring van een vof ook de naam en de woonplaats van de vennoten moet inhouden. Dat is iets anders dan dat een faillissement van de vof steeds en zonder meer het faillissement van de vennoten meebrengt.
Ook aan het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens liggen beginselen ten grondslag die niet toestaan dat een vennoot in privé failliet wordt verklaard, zonder dat ook afzonderlijk om zijn faillissement is verzocht en zonder dat is onderzocht of hij ook in privé verkeert in de toestand dat hij heeft opgehouden te betalen.
De ommezwaai van de Hoge Raad betekent dat voortaan elke schuldenaar die niet alleen de vof, maar ook de vennoten failliet wil laten verklaren, dat voor elk van hen afzonderlijk moet verzoeken. De rechter moet onderzoeken of voor elk van de vennoten afzonderlijk aan de voorwaarden voor faillietverklaring is voldaan.
Wilt u meer weten over verplichtingen van de vof en van vennoten afzonderlijk? Bel ons voor het maken van een afspraak.
« terug